PRAKTIJK EISEN
Eigen vaardigheden (aantallen zijn totalen, i.e. inclusief de sprongen voor het A-brevet):
- Ten minste 50 vrijeval sprongen.
- Ten minste 30 minuten vrijeval tijd.
- 10 formatie instructiesprongen, waarvan tenminste 5 met minimaal 3 deelnemers
- 10 sprongen met een landing binnen 5 meter van het aangewezen landingspunt.
- Hebben voldaan aan de minimale vaardigheidseisen van 1 van de wedstrijddisciplines zoals omschreven in de desbetreffende “bijlage BR B-breveteisen”.
- Eigen springuitrusting kunnen controleren op veiligheid voor gebruik.
- 10 sprongen, volledig te besteden aan canopy control.
Pagina 7
BR_2018